Op 8 juli 2020 werd het Mobiliteitspakket (Engels: ‘Mobility Package’) goedgekeurd door het Europees Parlement. Dit Mobiliteitspakket bestaat uit twee Verordeningen en één Richtlijn, die nieuwe regels opleggen inzake respectievelijk de toegang tot het beroep en tot de markt, de rij- en rusttijden en de tachografen en de handhaving en detachering van bestuurders in de wegvervoersector. In deze bijdrage zal stilgestaan worden bij de nieuwe regels aangaande de toegang tot de markt.

Inwerkingtreding

Belangrijk om weten: dit deel van het Mobiliteitspakket treedt pas in werking op 21 februari 2022, in tegenstelling tot de Verordening aangaande de rij- en rusttijden, die reeds in werking trad op 20 augustus 2020.

Cabotage: basisregel

De basisregel inzake cabotage blijft gelden: na een internationaal vervoer mag men maximaal 3 cabotageritten in de lidstaat van ontvangst verrichten binnen de 7 dagen na de laatste lossing van het internationaal transport. Men mag ook verkiezen om 1 van deze 3 cabotageritten te verrichten in een andere lidstaat naar keuze. Die rit moet wel plaatsvinden binnen de 3 dagen na binnenkomst zonder lading van die lidstaat.

Cabotage: cooling-offperiode

De nieuwigheid die het Mobiliteitspakket invoert is dat er een cooling-offperiode van 4 dagen gerespecteerd dient te worden na het uitvoeren van de cabotage. Binnen deze periode mogen er geen cabotageritten verricht worden in dezelfde lidstaat waar de cabotageritten werden uitgevoerd.

Gecombineerd vervoer vs. cabotage

Het voor- en natransport aansluitend bij gecombineerd vervoer kan vanaf de inwerkingtreding van de nieuwe Verordening ook als cabotage aanzien worden door de lidstaten. De lidstaten kunnen in voorkomend geval, ieder apart, beslissen om een langere periode toe te staan dan 7 dagen waarbinnen de 3 cabotageritten kunnen verricht worden, alsook een langere cooling-offperiode te vereisen dan de voornoemde 4 dagen alvorens men opnieuw cabotage mag verrichten.