Ontbinding en vereffening in één akte staat tevens bekend onder de naam ‘turboliquidatie’ omwille van de snelheid ervan ten opzichte van de gewone procedure. Daar waar snelheid één van de grootste voordelen is van turboliquidatie, is er echter ook een keerzijde aan de medaille. Een goede afweging van de te hanteren procedure is aldus steeds aan de orde.

Toepassingsvoorwaarden

Sinds de inwerkingtreding van het nieuwe Wetboek Vennootschappen en Verenigingen (hierna: WVV) zijn de toepassingsvoorwaarden van de turboliquidatie licht gewijzigd.

Allereerst moet er gekeken worden naar artikel 2:71 WVV, hetgeen (in toepassing van artikel 2:70, 1° WVV) de te volgen procedure inzake de vrijwillige ontbinding van een besloten vennootschap (bv), coöperatieve vennootschap (cv), naamloze vennootschap (nv), Europese vennootschap of Europese coöperatieve vennootschap regelt. Dit artikel bepaalt dat de ontbinding kan gebeuren door een besluit van de algemene vergadering, met inachtneming van de bepaalde vormvereisten, het aanwezigheidsquorum en meerderheid naargelang de vennootschapsvorm.

Vooraleer de algemene vergadering het besluit tot ontbinding kan nemen, dient er voldaan te zijn aan een aantal vormvereisten. Zo moet het bestuursorgaan het voorstel tot ontbinding toelichten in een verslag dat wordt vermeld in de agenda van de algemene vergadering. Hierbij moet tevens een staat van activa en passiva worden gevoegd die maximum drie maanden voor de samenkomst van de desbetreffende algemene vergadering werd afgesloten of, indien de vennootschap de activiteiten beëindigt of waarschijnlijk zal beëindigen, een staat van activa en passiva die opgesteld is met toepassing van dezelfde waarderingsregels als van toepassing op jaarrekeningen. Men kan deze toepasselijkheid van de voornoemde waarderingsregels omzeilen mits motivering. Vervolgens dient in voorkomend geval de aangestelde commissaris, dan wel een door het bestuursorgaan aangewezen bedrijfsrevisor of externe accountant de voornoemde staat van activa en passiva te controleren en een verslag uit te brengen hierover waarin expliciet vermeld wordt of de staat een getrouw beeld schetst van de toestand van de vennootschap. Een kopie van de voornoemde verslagen alsook de staat van activa en passiva dient verzonden te worden aan de vennoten.

De naleving van deze vormvereisten is zeer belangrijk: indien er namelijk één van de verslagen ontbreekt, zal het besluit van de algemene vergadering dat de ontbinding uitspreekt nietig zijn. De vennootschap zal bijgevolg dus geacht worden nooit ontbonden te zijn.

Belangrijk om weten: in het geval van een vennootschap onder firma (VOF) of commanditaire vennootschap (Comm. V.) dienen de verslagen en de staat van activa en passiva zoals hierboven uiteengezet tevens opgesteld te worden indien men gebruik wenst te maken van de turboliquidatie.

Om de sluiting van de vereffening vervolgens in dezelfde akte als de ontbinding te bewerkstelligen, moet er gekeken worden naar artikel 2:80 WVV. Dit artikel bepaalt dat turboliquidatie mogelijk is indien er voldaan is aan drie cumulatieve voorwaarden. Allereerst mag er geen vereffenaar benoemd worden. Ten tweede moeten alle schulden, zowel ten aanzien van vennoten of aandeelhouders als tegenover derden die vermeld zijn in de staat van activa en passiva betaald zijn of moeten minstens de nodige gelden hiertoe geconsigneerd worden. De betaling of consignatie moet tevens bevestigd worden in het verslag van de commissaris, dan wel de aangestelde bedrijfsrevisor of externe accountant.

Een nieuwigheid sinds de inwerkingtreding van het WVV is dat niet alle schulden betaald moeten zijn of de gelden ter voldoening ervan geconsigneerd moeten worden. Schuldeisers kunnen schriftelijk bevestigen in te stemmen met de toepassing van een turboliquidatie zonder dat hun schuld voldaan werd of de gelden hiertoe geconsigneerd werden. Zulke schriftelijke akkoorden dienen tevens bevestigd te worden in het verslag van de commissaris, dan wel de bedrijfsrevisor of externe accountant.

Tot slot moet er afhankelijk van de vennootschapsvorm aan verschillende voorwaarden qua stemprocedure voldaan zijn om de beslissing tot turboliquidatie te nemen. Zo dient er een unanieme instemming van alle vennoten te zijn in een VOF of Comm. V. Een eenparigheid van stemmen van de aanwezige of vertegenwoordigde aandeelhouders is vereist voor de overige vennootschapsvormen, doch deze aanwezige of vertegenwoordigde aandeelhouders moeten ten minste de helft van het totaal aantal uitgegeven aandelen vertegenwoordigen in het geval van een bv of cv of ten minste de helft van het kapitaal vertegenwoordigen in het geval van een nv.

Gevolgen

De ontbinding en vereffening in één akte oftewel turboliquidatie wordt vaak toegepast omwille van de eenvoudigheid en snelheid ervan. Bovendien kan deze snelheid bijkomende voordelen hebben, zoals bijvoorbeeld het feit dat er geen nieuwe jaarrekening moet worden neergelegd, sociale bijdragen voor nieuwe kwartalen kunnen vermeden worden enzovoort.

Het lot van zogeheten ‘vergeten’ activa werd sinds de inwerkingtreding van het WVV tevens verduidelijkt: indien er na de sluiting van de vereffening activa opduiken die niet gekend waren op het ogenblik van de sluiting, komen deze in onverdeelde mede-eigendom toe aan de vennoten c.q. aandeelhouders, elk voor hun deel in de vereffende vennootschap.

Indien er echter ‘vergeten’ activa opduiken, kan een schuldeiser wiens schuldvordering niet integraal werd voldaan de heropening van de vereffening vorderen. Voorheen was dit enkel mogelijk indien het sluitingsbesluit werd aangetast door bedrog. De rechtbank kan in het geval van een turboliquidatie zelf een vereffenaar aanwijzen, ook al is deze in principe niet aanwezig in voorkomend geval.

Er zijn echter ook nadelen verbonden aan deze vereffeningswijze. Zo zullen de aandeelhouders van een bv, cv of nv aansprakelijk zijn voor de schulden die niet uiterlijk bij de sluiting van de vereffening betaald of geconsigneerd zijn zonder dat er kwade trouw in hun hoofde bewezen moet worden door de desbetreffende schuldeiser, dit in tegenstelling tot een ‘gewone’ vereffening, waar kwade trouw wel bewezen moet worden vooraleer er sprake is van dergelijke aansprakelijkheid. Let wel dat hoofdelijke aansprakelijkheid hier expliciet is uitgesloten. Deze aansprakelijkheid is ten aanzien van de aandeelhouders echter wel beperkt voor iedere aandeelhouder tot het bedrag dat deze heeft gekregen ten gevolge van de terugbetaling van diens inbreng en diens aandeel in het vereffeningssaldo. Bovendien kunnen de aandeelhouders die te goeder trouw waren regres uitoefenen op de leden van het bestuursorgaan die het laatst in functie waren.

Conclusie

Hoewel de turboliquidatie ongetwijfeld de meest eenvoudige en snelle vereffeningswijze is, dient men steeds de mogelijke nadelen mee in overweging te nemen bij de beslissing om een eventuele turboliquidatie op te starten. Bij een turboliquidatie is verificatie van de openstaande schulden des te belangrijker om een mogelijke aansprakelijkheid van de aandeelhouders te vermijden. Het is aldus beter om dit verificatieproces iets langer te laten aanslepen dan het vluchtig uit te voeren om alle risico’s te vermijden.